Van de Sint weten we dat 'ie elk jaar komt, maar van een ander stukje Nederlands (Fries) cultuurgoed wordt het steeds onzekerder: De Elfstedentocht. Zeventien jaar geleden was de laatste. Maar nu de eerste (natte) sneeuw gevallen is, het langzaam kouder wordt en de eerste nachtvorst een feit is, moet het toch bij elke nostalgische sport- en schaatsliefhebber weer gaan kriebelen: wanneer komen de rayonhoofden bij elkaar? Zou hij dit jaar komen, of moeten we toch weer een jaartje wachten?
Als de Elfstedentocht komt is er in heel Friesland geen kamer meer te krijgen. Maar Friesland is in de winter zo mooi dat je er buiten de 'tocht der tochten' ook prima kunt vertoeven. Dus kom genieten in één van de Friese Pronkkamers.
SCHAATSENRIJDERS
Grijsgevloerd liggen de bevroren slooten,
En schaatsenrijders ijlen, recht van rug,
Over de witte banen, even vlug
Als erwten aan een katapult ontschoten.
Rhythmisch klinken hun veerkrachtige stooten
En van onder de ijsvloer zingt terug
Een vreemd koraal, soms krampachtig en stug
Als van waterwezens, daar opgesloten.
Ginds in de ruimte rijdt een klein figuur
Door een wereld van sneeuw en koud azuur;
Nu duikt hij in een donkere groep boomen
En zijn schaats krast hard een verwaaide veer,
Maar bijna dadelijk ziet men hem weer,
Als pijlsnel aan het inferno ontkomen.
Bertus Aafjes, 'Elf sonnetten op Friesland'.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten